This seems an option as well:

liquefaction-induced settlement

settlement - verzakking / inklinking / inzakking etc.

Definitions

zetting
Syn.: zakking Def.: bodemdaling als gevolg van inklinking, krimp en door het aanbrengen van een bovenbelasting.

zetting
Syn.: zakking Def.: bodemdaling uitsluitend door het aanbrengen van een bovenbelasting.

zetting
Def.: het krijgen van zijn vaste vorm, zijn definitieve gesteldheid


zettingsvloeiing
Def.: het verschijnsel dat een verzadigde zandmassa zich gedraagt als een vloeistof als gevolg van het wegvallen van de korrelspanning.

http://www.encyclo.nl/lokaal/10880&page=15

7. Definitions

Dike: In the Dike Maintenance Act, a “dike” is defined as an embankment, wall, fill, piling, pump, gate, floodbox, pipe, sluice, culvert, canal, ditch, drain or any other thing that is constructed, assembled or installed to prevent the flooding of land. For purposes of this guideline, the definition has been simplified to represent a manmade barrier constructed of soil and/or structural elements (such as floodwalls) along a water course for the primary purpose of providing flood protection.

High Consequence Dikes: flood protection dikes where the economic and/or life safety consequences of failure during a major flood are very high. These dikes typically protect urban or urbanizing areas, and failure could result in large economic losses and/or significant loss of life. The majority of the dikes reconstructed under the 1968 to 1994 Fraser River Flood Control Program would be considered High Consequence Dikes.

Floodwall: a manmade barrier constructed of material other than soil along a water course for the primary purpose of providing flood protection.

Liquefaction: describes a phenomenon whereby a saturated soil loses significant portion of strength and stiffness in response to a sudden change in stress and/or pore pressure condition which causes the soil to behave like a viscous fluid.

Liquefaction Susceptibility: is a reference to the ability of the soil deposit to liquefy when subjected to an applied stress. For example, a dry or unsaturated granular deposit does not have the ability to liquefy due to the absence of saturated conditions. Cohesive deposits are also not susceptible due to the particle structure of the deposits and the interstitial forces that hold the clay molecules together (cohesion).

Liquefaction Potential: is a reference to the resistance of a deposit to liquefaction as a result of a sudden change in stress level and/or pore pressure condition due to cyclic loading.

Cyclic Mobility: refers to cumulative displacements that occur during each cycle of shear stress due to softening (without liquefaction) and the displacements are generally significantly less than liquefaction-induced displacements.

Flow Slide: significant translational type displacement of a land mass when static shear stresses exceed the undrained residual shear strength of liquefied soil (i.e., a factor of safety against slope failure equal to or less than 1.0 when using liquefied soil strengths and no inertial loads).

***************

Post-liquefaction vertical settlements should be estimated using the charts given in Figures 7a and 7b.

Immediately make an overall inspection of the dikes. Check the dike for sloughs, slides, cracks, displacements, settlements, sinkholes, springs or seeps, and other signs of distress.

Thoroughly inspect the damage using the following checklist:
 Check the crest and both faces of the dike for cracks, settlement, displacement or seepage;
 Check the land side of the dike for visible landslides, new springs and sand boils;
 Check drains and seeps for increased flow or stoppage of flow; and
 Check structures and pumping equipment for misalignment and distress.

Overtopping of the dike under seismic conditions can occur when there is a significant crest elevation decrease as a result of liquefaction induced settlement and/ or slope failure occurring within the dike. Overtopping of the dike can lead to a breach in the structure as a result of rapid erosion developing along the downstream face of the dike. Overtopping of the dike can also occur as a result of a large wave passing over the dike (such as a tsunami for sea dikes), or an effective dam created across a river course by a large landslide.

http://www.env.gov.bc.ca/wsd/public_safety/flood/pdfs_word/s...

--------------------------------------------------
Note added at 1 day5 hrs (2015-10-09 14:39:20 GMT) Post-grading
--------------------------------------------------

"Adviesbureau KWINK groep heeft na een evaluatie waterschap Hollandse Delta geadviseerd om hun zorgplicht met betrekking tot zettingsvloeiing nader in te vullen en de kwestie zettingsvloeiing landelijk te adresseren. Aanleiding hiervoor was dat het waterschap Hollandse Delta in augustus vorig jaar noodmaatregelen moest nemen tegen zettingsvloeiing langs de Oude Maas bij Hoogvliet en Spijkenisse om de veiligheid van de dijken te waarborgen."

Bij verschillende dijken in de regio kan het zand uit de onderlaag wegspoelen, waardoor ze gedeeltelijk kunnen verzakken. Dat meldt het Waterschap Hollandse Delta, dat het probleem gaat aanpakken.


Volgens dijkgraaf Jan Geluk is er geen direct gevaar voor omwonenden. "We hebben maatregelen genomen en gaan deze dijken aanpakken. Ik heb er vertrouwen in dat mensen rustig kunnen blijven wonen en werken en droge voeten blijven houden."

Het verschijnsel, dat 'zettingsvloeiing' heet, speelt in stukken dijk langs de Oude Maas bij Hoogvliet en Spijkenisse, langs het Spui, Haringvliet en op de Grevelingen bij Ouddorp. Volgens het waterschap zit het in stukken van 300 tot 700 meter en gaat het in totaal om ongeveer acht kilometer dijk.

zetting = verzakking

http://www.rijnmond.nl/nieuws/19-07-2013/dijken-op-sommige-p...

--------------------------------------------------
Note added at 1 day10 hrs (2015-10-09 19:17:11 GMT) Post-grading
--------------------------------------------------

Def piping:

Piping Failure: piping occurs when hydraulic gradients at or near the ground surface or free face exceeds unity (i.e., the change in total head pressure head over a unit path length exceeds unity). Over a prolonged period of time, internal erosion can generate an “effective” pipe condition leading to increased flow and eventual collapse of the soil deposits.

--------------------------------------------------
Note added at 1 day11 hrs (2015-10-09 19:55:34 GMT) Post-grading
--------------------------------------------------

Bij het mogelijke optreden van instabiliteit kan onderscheid worden gemaakt tussen instabiliteit door afschuiving en door zettingvloeiing.

2 verschillende zaken

In§ 6.7.3 worden de processen van deze verschijnselen behandeld en geëvalueerd en § 6.7.4 gaat in op rekenregels voor het beschrijven van bovengenoemde instabiliteiten.

Afschuiving (flow slide) <-> zettingsvloeiing (liquefaction-induced settlement)

6.7.3 Afschuiving en zettingvloeiingen

Afschuivingen kunnen optreden bij een vooroever die is opgebouwd uit samenhangende grond als klei en veen en/of al dan niet verwekinggevoelig zand. Als onder het voorland een laag van beperkte dikte met relatief slechte sterkte-eigenschappen (cohesie en hoek van inwendige wrijving), voorkomt, moet aandacht te worden besteed aan een mogelijke afschuiving langs een recht glijvlak. Dit is met name het geval, indien de genoemde laag onder een aflopende helling naar het onderwatertalud is gelegen.

Bij grondconstructies met of zonder vooroever van beperkte breedte en langs een onderwatertalud in los gepakt zand moeten we rekening houden met het bezwijkmechanisme zettingvloeiing.
Dit is een mechanisme waarbij een met water verzadigde massa zand zeer grote verplaatsingen ondergaat dan wel ‘vloeit’ als gevolg van verweking. Verweking van zand in een talud wordt veroorzaakt door een ongunstige combinatie van losse pakking en taludgeometrie.
Er is ook een aanleiding nodig: de verweking treedt op na een (soms slechts zeer kleine) schuifspanningtoename waarbij door een herschikking van het korrelskelet (waardoor volumeverkleining) een zodanige verhoging van de waterspanning in de poriën ontstaat, dat de contactdruk tussen de korrels onderling belangrijk wordt verminderd en de zandmassa zich als een zware vloeistof gaat gedragen, met als gevolg dat een zettingvloeiing optreedt.

De aanleiding tot een zettingvloeiing kan zijn:
• Steiler wordend onderwatertalud of verdieping van de geul door erosie;
• het aanbrengen van een ophoging of bovenbelasting;
• trillingen door bijvoorbeeld heien, trillen, explosies, aardbevingen, scheepsaanvaringen en zuigwerkzaamheden;
• golfbelasting tijdens bijvoorbeeld een (zware) storm; deze belasting veroorzaakt spanningswijzigingen en korrelskeletdeformaties in de bodem (golfindringingproces) die -
eventueel zodanig ongunstig zijn dat het zand verweekt en er een vloeiing kan ontstaan.
• snelle val van het buitenwater.-

Er is een duidelijk verschil tussen een zettingvloeiing en een afschuiving, hoewel zich tussen beide verschijnselen een grijs gebied bevindt. Grondmechanisch gezien ontstaat een zettingvloeiing
door wateroverspanning in de grond (zand) ofwel door verweking, terwijl een afschuiving het gevolg is van overschrijding van de schuifweerstand van de grond. Een afschuiving kan wel de inleiding zijn tot het ontstaan van een zettingvloeiing.

6.2.3 Zetting

Als gevolg van de aanleg of de verhoging van een waterkering treden twee soorten vervormingen op:

• Zetting (of verticale vervormingen), als gevolg van zetting van de ondergrond en klink van het ophoogmateriaal;
• Horizontale vervormingen in, onder en naast de dijk; de vervormingen kunnen leiden tot belasting van constructies in en nabij de waterkering zoals leidingen en funderingen van gebouwen.

Zetting kan als een faalmechanisme van de waterkering worden beschouwd als wordt bedacht dat bij een te grote zetting van de kruin in de loop van de tijd overlopen kan ontstaan. Of er kan een grotere hoeveelheid overslag optreden dan waarop de sterkte van het binnentalud is gedimensioneerd.

http://www.stowa.nl/Upload/publicaties2/mID_4924_cID_3914_56...



--------------------------------------------------
Note added at 1 day12 hrs (2015-10-09 21:37:14 GMT) Post-grading
--------------------------------------------------

Image/diagram of a 'zettingsvloeiing'.

1.1 Waarom is het voorland van belang?

Bij de beveiliging tegen hoogwater wordt meestal de stabiliteit van de waterkering zelf bekeken. Ook buiten de invloedszone van de waterkering is een aantal mechanismen van belang, die de waterkering kunnen bedreigen. Hieronder valt een aantal mechanismen op het voorland, die tot een inscharing tot in of vlakbij de waterkering kunnen leiden, waardoor de standzekerheid in gevaar kan komen.
In de Katern 5 en Katern 7 is de toetsing van het voorland opgenomen als het aparte beoordelingsspoor STVL, met een verwijzing naar dit katern. In dit kader zijn twee mechanismen van
belang: afschuiving en zettingsvloeiing.
Op deze twee mechanismen wordt in dit katern ingegaan.

Figuur 9 - 1.1 geeft een schets van beide mechanismen.

https://deltaprogramma.pleio.nl/file/download/27181482

The Rhine-Meuse delta is where the Rhine and Meuse rivers meet and enter the North Sea. The subsoil in the delta is a highly heterogeneous mixture of different types of clay, peat and sand. This has major implications for riverbed morphology in the area: where erodible sand layers are enclosed by nonerodible clay or peat layers, rapid and severe erosion may occur as soon as the sand layer is exposed to the flow. Within days or weeks, erosion pits several metres deep may develop, and they can deepen and widen in the years that follow.
When erosion pits are near the riverbanks or engineering structures, there is a risk of instability. Given the sand layers in these locations, the risk of flow slides constitutes a serious threat to the dikes. Water authorities have already invested millions of euros in stabilising banks and dikes. Furthermore, where the mass of sediment above cables or tunnels is inadequate, erosion may lead to exposure, damage and potential danger. To learn more about the initiation and development of erosion pits and to identify potential risks at a very early stage, a model is needed
to predict the development of erosion pits.
https://www.deltares.nl/app/uploads/2015/07/RD-highlights-20...

--------------------------------------------------
Note added at 1 hr (2015-10-08 10:03:24 GMT)
--------------------------------------------------

The Holocene Rhine-Meuse delta is formed under the influence of sea-level rise, tectonics,variations in discharge and sediment supply, and storm events. Under the more or less natural conditions that have been prevailing for centuries, this area has been mostly a sediment trap, in which sediment from both the sea and the river were depositing. The varying presence of marshes, avulsions and infilling channels, and so on, has caused the substratum to be composed of alternating layers and patches of sand, clay and peat. As the erodibility of the (compacted) clay layers is much less than that of sand, the large-scale erosion in the middle reaches of the delta does not occur evenly. As indicated above stable (clay) reaches are interrupted by deep scour holes depending on the presence of sand patches in the subsoil.
http://api.commissiemer.nl/docs/mer/p29/p2991/2991-012morpho...

--------------------------------------------------
Note added at 1 hr (2015-10-08 10:09:50 GMT)
--------------------------------------------------

See also http://www.kennisbank-waterbouw.nl/Glossary/printUK.php?subj... You may need to check the validity of 'flow slide' as a possible translation for 'zettingsvloeiing'.

In the Rhine-Meuse delta in the south-western part of the Netherlands, the morphology of the river branches is highly dependent on the erodibility of the subsoil. Erosion processes that were initiated after closure of the Haringvliet estuary branch by a dam (in 1970), caused a strong incision of several connecting branches. Due to the geological evolution of this area the lithology of the subsoil shows large variations in highly erodible sand and poorly erodible peat and clay layers. In this study is shown how the geological information can be used to create 3D maps of the erodibility of the sub-soil, and how this information can be used to schematize the sub-soil in computational models for morphological simulations. Local incisement of sand patches between areas with poorly erodible bed causes deep scour holes, hence increasing the risk on river-bank instability (flow slides) and damage to constructions such as groynes, quays, tunnels, and pipelines. Different types of mathematical models, ranging from 1D (SOBEK) to quasi-3D (Delft3D) have been applied to study the future development of the river bed and possible management options.
http://repository.tudelft.nl/view/ir/uuid:b601f35d-9aa0-4e15...

--------------------------------------------------
Note added at 1 hr (2015-10-08 10:13:33 GMT)
--------------------------------------------------

Flow slides may affect the stability of dikes. A flow slide is an instability of a submerged slope caused by liquefaction of loose, (medium) fine sand. Whether a flow slide will occur depends on the properties of the sand, which are a function of its density, and the geometry of the slope, as determined by wave and current induced scour and sedimentation.

Risk of dike failure due to flow slides - ResearchGate. Available from: http://www.researchgate.net/publication/245219413_Risk_of_di...

--------------------------------------------------
Note added at 1 day6 hrs (2015-10-09 15:33:11 GMT) Post-grading
--------------------------------------------------

In opdracht van de Minister heeft Deltares in 2013 een onderzoek (Quickscan) uitgevoerd naar de effecten van geïnduceerde aardbevingen op kritische infrastructuur in de provincie Groningen (productie 4, document 12), en onder meer een uitgebreid rapport uitgebracht over verweking van zandlagen (productie 4, document 22).

In deze rapporten staan voor waterkeringen enkele kenmerkende beschrijvingen van de effecten die een aardbevingsbelastìng op deze waterstaatswerken kan hebben.

“Verweking in en onder de dijk zal leiden tot verlaging van de schufsterkte (wateroverspanningen) en kan daarmee leiden tot binnen- of buitenwaartse macroinstabiliteit. Na enige tijd zal er in de verweekte lagen compactie (volumeverkleining) optreden. Dit kan leiden tot een daling van de kruinhoogte of in geval van een kleidijk, het ontstaan van ruimte tussen de zandlaag en de kleidijk, waardoor piping kan ontstaan. Statische verweking van zandlagen in het onderwatertalud van het voorland kan leiden tot een zettingsvloeiing. Zettingsvloeiing leidt tot een reductie van de voorlandlengte. Dit kan leiden tot buitenwaartse macrostabiliteit en reductie van de beschikbare pipinglengte.”
http://tinyurl.com/nclxadq

--------------------------------------------------
Note added at 1 dag8 uren (2015-10-09 17:23:56 GMT) Post-grading
--------------------------------------------------

Zettingsvloeiing heeft net zoals afschuiving specifiek betrekking op instabiliteit/falen van het voorland (zgn. voorland-faalmechanismen). Voor een zeer uitgebreide uitleg, zie bijv. http://repository.tudelft.nl/assets/uuid:e69b3648-a81f-4e32-...

En zie ook:
Figuur 5 - 1.1 toont de belangrijkste faalmechanismen van een dijk of dam.
Bij een te lage kruin kan door overloop of golfoverslag te veel water in de polder
komen, of kunnen kruin en binnentalud door erosie of verweking worden
aangetast, mogelijk leidend tot doorbraak.
Als de kruin wel hoog genoeg is, kan de stabiliteit van een dijk worden
aangetast door de volgende mechanismen:
• interne erosie van materiaal uit een watervoerende zandlaag die aan de
bovenzijde is begrensd door een cohesieve laag, ten gevolge van een sterke
kwelstroom (piping);
• drijfzand ter plaatse van verticaal uittredend grondwater (heave);
• binnenwaartse diepe afschuiving (binnenwaartse macro-instabiliteit);
• buitenwaartse diepe afschuiving, bijvoorbeeld bij lage buitenwaterstand
(buitenwaartse macro-instabiliteit);
• het uitspoelen van dijkmateriaal of het opdrukken van de kleibekleding
op het binnentalud door een hoge grondwaterstand in de dijk (microinstabiliteit);
• aantasting van de bekleding op het buitentalud onder hydraulische belasting
(instabiliteit van de bekleding);
• grootschalige deformatie van het voorland (afschuiving of zettingsvloeiing);
• het optreden van één van de genoemde faalmechanismen ten gevolge van de
aanwezigheid van een niet-waterkerend object.
http://www.grensmaas.nl/wp-content/uploads/2014/10/141202-VT...

--------------------------------------------------
Note added at 1 dag8 uren (2015-10-09 17:32:20 GMT) Post-grading
--------------------------------------------------

The assessment of the stability of under water slopes in unprotected sandy or silty material is often an important issue for dredging in harbours and fairways, trenching and sand mining. It is also important for natural river- and estuary or lake banks near eroding flows, often related with dike safety.

In this wiki space you can find information about the program D-FLOW SLIDE for analyzing flow sliding in submerged slopes (in Dutch: zettingsvloeiing). The programme has been developed in 2012 (beta version 1.0) and 2014 (stand-alone version 1.2) and is based on the Handreiking Voorland Zettingsvloeiingen. In 2015 version 2 was released, where some nasty bugs were fixed and improvements were made.

For more detailed information about the stability of sandy and silty under water slopes you can also download our brochure.

Figure 1: Examples of damage to a dike due to a flow slide

Introduction
Flow slides form a major threat for flood defences along (estuary) coastlines and riverbanks in the Netherlands. Such flow slides may result in severe damage to dikes and structures, eventually leading to flooding of the hinterland (see Figure 1). Measures to prevent, mitigate, or even repair flow slides are costly. Due to the complexity of flow slides, methods that enable an accurate quantitative risk assessment are under-developed, especially compared to methods currently available for other failure mechanisms (e.g. piping below the dike or macro-instability of the dike body).

Flow Slide: description of processes

Flow slide is a complex failure mechanism that includes both soil mechanical and hydraulic features, of which the elementary ones are depicted in the flow chart in Figure 2. Two important physical (sub-)mechanisms are static soil liquefaction (verwekingsvloeiing) and breaching (bresvloeiing). For most of the documented cases of flow slides it is not clear to what extent static soil liquefaction and/or breaching played a role. Both mechanisms result in a flowing sand-water mixture, that eventually resediments under a very gentle slope.
https://publicwiki.deltares.nl/display/GEO/D-Flow Slide - Sl...

--------------------------------------------------
Note added at 1 dag12 uren (2015-10-09 21:35:52 GMT) Post-grading
--------------------------------------------------

@Barend: je hebt gelijk, ik heb me onzorgvuldig uitgedrukt. Het was juister geweest om te zeggen dat piping (d.w.z. bij hoge waterstanden spoelt kwelwater zand weg onder de dijk) een oorzaak is van (en dus niet hetzelfde als) verzakking.

Toch blijf ik erbij dat 'zettingsvloeiing' betrekking heeft op falen/instabiliteit van het zgn. voorland van een waterkering. Dit wordt veroorzaakt door verwekingsvloeiing (liquefaction) en/of bresvloeiing (breaching). Het feit dat Deltares - experts op dit terrein, unlike ourselves - 'zettingsvloeiing' in Engelse teksten steevast aanduidt als 'flow slides' of 'flow sliding' is wat mij betreft veelzeggend. Daarnaast wijzen ook de Engelstalige links die ik eerder bij deze verwijzing en bij mijn antwoord heb geplaatst in de richting van 'flow slides'/'flow sliding'.

En zie bijv. ook:
Zettingsvloeiing is een van nature optredend mechanisme. In Nederland komt het voor in Zeeland, Zuid-Holland en de Waddenzee. Ook buiten Nederland is het een veelvoorkomend faalmechanisme, bijvoorbeeld in de Lower Mississippi. Het is een vorm van instabiliteit van onderwatertaluds (vooroevers), waarbij in korte tijd een grote hoeveelheid zand als een dikke vloeistof wegstroomt. Vindt een zettingsvloeiing plaats nabij de oever, dan kan dat zorgen voor afkalving van de oever en tot ernstige schade aan de waterkering leiden (dijkval). De schade als gevolg van een zettingsvloeiing is over het algemeen veel groter dan bij een ‘normale’ afschuiving.
http://www.floodcontrolijkdijk.nl/nl/160-persbericht-veldpro...

Ik laat het hier nu bij, want ik ambieer geen functie als dijkgraaf :-)



--------------------------------------------------
Note added at 1 dag13 uren (2015-10-09 21:59:39 GMT) Post-grading
--------------------------------------------------

Deze aanvulling wel nog even. Deltares: flow sliding in submerged slopes (in Dutch: zettingsvloeiing). Lees voor 'submerged slope' het onder water gelegen talud in het voorland (buitendijks gebied) van de dijk/waterkering. En dan verder zoals beschreven in de link hierboven: Zettingsvloeiing (...) is een vorm van instabiliteit van onderwatertaluds (vooroevers), waarbij in korte tijd een grote hoeveelheid zand als een dikke vloeistof wegstroomt.

--------------------------------------------------
Note added at 1 dag13 uren (2015-10-09 22:14:47 GMT) Post-grading
--------------------------------------------------

En uit een publicatie van het minsterie van R&W:
Een zettingsvloeiing kan worden omschreven als een instabiliteit welke op kan treden in taludhellingen onder water die bestaan uit losgepakt zand. Schijnbaar zonder aanleiding kan in een deel van de geometrie verweking ontstaan (er ontstaat een soort drijfzand) waardoor de weerstand tegen afschuiven en wegvloeien vermindert. Indien dit in een voldoende groot deel van de ondergrond het geval is, dan vormt zich een zand-water-mengsel dat zijdelings wegvloeit, en dat pas onder een zeer flauwe helling weer tot rust komt.
Omdat dit verschijnsel zich waarschijnlijk het eerst voordoet aan de teen van het talud, kan zich een terugschrijdend proces ontwikkelen. Daarbij doet zich steeds hoger op het talud verweking en vloeiing voor en tenslotte verdwijnt er grond van de top van de vooroever in de diepte. Een dergelijk proces van verweking en terugschrijding wordt zettingsvloeiing genoemd.
http://publicaties.minienm.nl/download-bijlage/1015/zettings...

--------------------------------------------------
Note added at 2 days5 hrs (2015-10-10 14:30:54 GMT) Post-grading
--------------------------------------------------

Zettingsvloeiing - zoals hierboven uitgelegd - leidt niet zozeer tot 'verzakking' maar tot geleidelijke afkalving/terugschrijding van het deels onder water gelegen buitentalud (voorland) van de dijk en uiteindelijk tot instorting/bezwijking van het bovenste deel van het talud (en de dijk als zodanig > dijkval).

De term 'zetting' in zettingsvloeiing heeft waarschijnlijk betrekking op de sedimentatie die als gevolg hiervan plaatsvindt, d.w.z. het tot rust komen van het weggestroomde zand-watermengsel onder een zeer flauwe helling.

--------------------------------------------------
Note added at 3 dagen5 uren (2015-10-11 14:10:16 GMT) Post-grading
--------------------------------------------------

De eerste stap om meer inzicht te verkrijgen kwam uit de analyse van modelproeven uitgevoerd tussen 1973 en 1977 in het Waterloopkundig Laboratorium de Voorst. Uit dit onderzoek bleek dat in het fenomeen zettingsvloeiing de volgende deelprocessen kunnen worden onderkend (zie ook figuur 1.10):
het verweken van zand (toename waterspanning);
mengselvorming (begin van stroming);
mengselstroming (afvoer verweekte zand-water mengsel);
mengsel sedimentatie (bezinking).
http://publicaties.minienm.nl/download-bijlage/44854/verweki...